Zo’n 4 uur nadat Caroline van de Pol aankondigde te vertrekken als burgemeester van Terschelling, besloot de gemeenteraad haar ook weg te sturen.
Het debat was een paar uur bezig toen de telefoon ging bij Van de Pol. De vertrouwenscommissie van Castricum, zo bleek later. Die gemeente draagt haar namelijk voor als burgemeester.
En daarmee kwam een conclusie, die anders eind van de avond waarschijnlijk toch was gekomen: Caroline van de Pol verlaat Terschelling.
Vorig jaar in september zei de raad het vertrouwen al op. Op aandringen van commissaris van de Koning Arno Brok werd toch geprobeerd de boel te lijmen.
Maar een jaar bemiddeling en 100.000 euro verder, was de bestuurscrisis op Terschelling nog groter. Vertrouwen in de burgemeester is er nog steeds niet, bij een deel van de raad maar zeker binnen het college niet.
Tenminste: wethouders Van Essen en Hoekstra kunnen elkaar goed vinden. De wethouders en de burgemeester niet.
Volgens Van Essen zou Van de Pol bijvoorbeeld audio-opnames van hun vergaderingen hebben gemaakt.
Jezelf beschermen
“Een ezel stoot zich nooit twee keer aan dezelfde steen”, verklaarde Van de Pol. “Anders is het straks twee tegen één. Dan moet je jezelf beschermen.”
“Het is een heel moeilijk en heel zwaar jaar. Dat gaat op een gegeven moment ook onder je huid zitten, dat is het gebrek aan vertrouwen”, zegt Van de Pol.
Ook Van Essen gaf aan dat dat vertrouwen weg was. “Laat mij mijn werk doen in een veilige werkomgeving. Nu is dat niet mogelijk.”
En daarin staat ze niet alleen. “Ik heb me heel onveilig gevoeld. Heel onveilig”, zo sloot de burgemeester haar betoog af.
Functie elders
Daarna was het aan de raadsleden om vragen te stellen. Aan elkaar, de wethouders en de burgemeester.
Terwijl PvdA’er Jan Willem Adams de burgemeester bestookte met vragen, schorste ze de vergadering om de telefoon te beantwoorden.
Na nog een schorsing, veel geroezemoes en overleg met de fractievoorzitters kwam het hoge woord er dan toch uit: Castricum wil Van de Pol wél. Ze liet de raadszaal achter zich om de raad van Castricum toe te spreken.
Maar haar manier van vertrekken zette kwaad bloed bij de raadsleden. Om 2 uur ‘s nachts dienden ze nog een motie in om Van de Pol toch weg te sturen.
Ze vragen daarbij commissaris van de Koning Arno Brok zo snel mogelijk een waarnemer te regelen.