De botten die vorige maand op een stuk grond bij een woning in Dronryp werden gevonden, zijn inmiddels geïdentificeerd als menselijke resten. Onderzoek toont aan dat het gaat om botten die meer dan honderd jaar oud zijn.
Op zondag 28 juli werden botten en schedels aangetroffen op een perceel aan de Lytsehuzen in Dronryp. De politie nam de vondst mee voor forensisch onderzoek.
Het politieteam Forensische Opsporing werkte in dit onderzoek samen met het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Zij hebben vastgesteld dat de botten van vóór 1920 zijn. “Ze kunnen daarom niet worden gekoppeld aan vermiste personen”, zegt politiewoordvoerder Frederick Stokker. “Er zijn ook geen tekenen van een misdrijf.”
De politie doet verder geen uitspraken over de precieze datering van de botten of de omstandigheden waaronder ze op het perceel zijn terechtgekomen. “Het onderzoek is niet gericht op het bepalen van de exacte periode”, aldus Stokker. “We hebben geconcludeerd dat er geen strafbare feiten zijn gepleegd. Voor ons is het onderzoek daarmee afgerond.”