
Foto: RTV Drenthe
“Medisch-inhoudelijk was het een uitdagende tijd, de onderlinge samenwerking tussen ziekenhuizen en bestuurders en Noord-Nederland was uitmuntend, maar er is ook veel niet goed gegaan.”
Peter van der Voort, uit Boksum, was in de coronatijd hoofd van de intensive care van het Groninger ziekenhuis UMCG. Tijdens de eerste golf ziektegevallen vingen ze in Groningen vooral patiënten uit het zuiden op.
“Er waren veel besmettingen door de carnavalsfeesten. Ik heb mijn collega’s in Brabant gebeld en gezegd: laat ze hier maar komen.” En dat gebeurde.
In 2021 had het virus Fryslân ook in z’n greep. In die periode pleitte Van der Voort ervoor om obese mannen met voorrang te vaccineren.
“Dikke mannen liepen meer risico op corona”, zegt hij. “Dat was wetenschappelijk bekend, maar op het ministerie durfden ze de vaccinatie van deze groep niet aan.”
Het zit Van der Voort nog altijd hoog. “Dat was een kans geweest om de druk op de ic’s te verminderen. Het had doden kunnen schelen.”
Maatregelen werkten niet allemaal goed
Heel Nederland werd in die tijd geconfronteerd met veel zaken die het dagelijks leven belemmerden. Tijdens de zwaarste lockdowns avonds niet meer op straat, verplicht thuiswerken, theater en horeca gingen dicht.
Sommige maatregelen zorgden voor meer schade dan ze goed hebben gedaan, denkt Van der Voort. “Het afsluiten van verpleeghuizen, dat had niet gemoeten.”
Wat ook onderschat is, is volgens hem het feit dat de scholen dicht gingen. “Daar hebben jongeren erg veel last van gehad, en sommigen hebben dat nu nog steeds. School is meer dan les, het heeft ook een sociale functie.”
Ook over het dragen van de mondkapjes is hij sceptisch. “Het effect daarvan is zeer beperkt geweest. In de ziekenhuizen droegen we professionele mondkapjes, die waren wel goed. De kapjes die mensen in de winkel kochten hebben waarschijnlijk niet veel geholpen bij het voorkomen van de verspreiding van het virus.”
Wat wel heeft geholpen is de anderhalve-meter-afstandregel, vindt Van der Voort. “De overdracht van het virus gaat via waterdruppeltjes.”
Ziekenhuizen niet klaar voor nieuwe uitbraak
Wat de toekomst betreft, houdt Van der Voort het hart vast. Er zijn vooral zorgen om wat hij noemt de pandemische ‘paraatheid’.
“Als er zich weer zoiets voordoet als een grootschalige virusuitbraak, dan zijn de ziekenhuizen er niet klaar op. De paraatheid is door bezuinigingen teruggedraaid. We hebben op de ic’s gewoon te weinig bedden.”