In Fryslân wordt ruim één op de vijf bedrijven gerund door een familie. Alleen in Overijssel en Zeeland ligt het aandeel familiebedrijven hoger.
In totaal zijn er in Fryslân zo’n 16.400 familiebedrijven. Op het totaal van 78.400 bedrijven is dat zo’n 20,9 procent. Dat blijkt uit de laatste cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Vooral in de sector landbouw, bosbouw en visserij is een groot deel van de bedrijven in handen van een familie: 51 procent. Ook in de horeca (42 procent) komen familiebedrijven vaak voor.
Vlieland en Terschelling
In Fryslân is het aandeel familiebedrijven vooral groot op de eilanden. Ameland steekt erboven uit: meer dan een op de drie bedrijven is daar een familiebedrijf. Op Terschelling zijn 255 familiebedrijven (26,7 procent) en op Vlieland bedraagt dit aantal 70 (24.14 procent).
Harlingen en Waadhoeke
Op het Friese vasteland zijn vooral in De Fryske Marren veel bedrijven in handen van families. De gemeenten Harlingen en Waadhoeke scoren net iets onder het Friese gemiddelde: respectievelijk 19,23 procent (375 familiebedrijven) en 20,72 procent (1125).
Zeggenschap
Het CBS definieert een familiebedrijf als een onderneming waarin één familie direct of indirect de meerderheid van de zeggenschap heeft. Deze familie moet formeel betrokken zijn bij het bestuur en het bedrijf moet juridisch overdraagbaar zijn.
Zelfstandigen zonder personeel (ZZP’ers) worden door het CBS als een aparte groep beschouwd en vallen niet onder de familiebedrijven.
Relatief klein
Familiebedrijven zijn vaak relatief kleine bedrijven. Van de ruim 93.000 mensen die bij een Fries familiebedrijf werken, zit meer dan de helft (51.200) bij een bedrijf van minder dan 50 mensen.