
Bakker Johannes de Schiffart haalt het verse brood uit de oven. Foto: Omrop Fryslân
Het is vijf uur ‘s ochtends. Terwijl de meeste mensen nog slapen, is Johannes de Schiffart druk bezig in zijn bakkerij in Tzum. Een groot rek met broden schuift de oven in om gebakken te worden.
De bakker is al even bezig geweest. Maar het nachtwerk duurt niet lang meer. De Schiffart en zijn vrouw Aukje hebben besloten er mee te stoppen. Op 19 april sluit de bakkerij in Tzum en ook hun bakkerswinkel in Witmarsum gaat dicht.
“Die dag word ik 60 jaar, dus dat is wel een mooi moment. Het is dan Stille Zaterdag, nu komt dat wel uit, want dan wordt het hier ook stil!” lacht Johannes.
En daarmee komt er een einde aan het familiebedrijf dat sinds 1933 in Tzum zit.

Johannes komt uit een echte bakkersfamilie, zijn beide opa’s waren bakker. Johannes’ vader was de zoon van de bakker uit Easterwierrum. Hij kwam als bakkersknecht bij bakker Jellema in Tzum aan het werk en kreeg verkering met de oudste dochter. En zoals dat ging, namen zij toen de zaak over.
Dan maar bakker
Johannes wilde naar de mavo eerst in de bouw. Maar daar was in de 80-er jaren weinig werk in en twee oudere broers hadden geen zin in het bakkersvak. “Dan moet ik maar bakker worden, zei ik tegen mijn vader.”
En nu kijkt Johannes terug op bijna 40 jaar bakkersvak. “Ik heb nooit spijt gehad, heb het altijd een mooi beroep gevonden, maar nu is het klaar.”
“Ik kan het fysiek nu nog wel aardig doen, maar je wordt wel ouder. Mijn vader kreeg het wat minder zwaar toen ik er ook kwam te werken, maar dat heb ik niet. Mijn kinderen willen geen bakker worden.”
De broden komen intussen prachtig bruin uit de oven. In de bakkerij is nu ook Ronald Kramer aan het werk. Hij was bakker op Texel, maar helpt zo nu en dan De Schiffart. En terwijl Kramer zich over het banket buigt, gaat de andere bakker verder met de broodjes.
Prachtig gezicht
“Het maken van brood vind ik het leukste, het leeft, het rijst. Als ik dan gebakken heb, en alles ligt klaar in de winkel, dan vind ik dat een prachtig gezicht. Daar kan ik van genieten!”
Voor Aukje de Schiffart begint de werkdag wat later. Zij doet de winkel en verkoopt ‘s middags brood in de omgeving van Tzum. Na hun huwelijk is Aukje bij het bedrijf gestart.

“We zijn altijd samen, dat is altijd zo geweest, in het werk en privé, ik weet niet anders.”
Ze kijkt niet tegen het sluiten van de winkel op. “Ik denk nu niet dat ik het ga missen, maar als het zover is misschien wel. Het gezellige, altijd mensen om de deur, dat wel.”
Wat Johannes als een groot voordeel ziet, is dat hij straks niet meer ‘s nachts aan het werk hoeft. “Ik werk liever overdag dan altijd in de nacht. Je kunt nooit wat ‘s avonds.”
De bakker kijkt ernaar uit. “Straks kan ik ook eens op een verjaardag op vrijdagavond, dat heeft nog nooit gekund.”
“Het vak wordt ook niet makkelijker met die energiecrisis enzo. We hebben wel wat vet op de botten, maar iemand die net begint, die heeft het niet ruim. Dan moet je het wel heel graag willen.”

Na het sluiten van de bakkerij helemaal stoppen met werken willen de De Schiffarts nog niet. “Ik wil wel iets doen, we kunnen niet samen thuis zitten. Daar zijn we nog te jong voor, Aukje is nog maar 57.”
Wennen
Johannes denkt nog na over een baan in het rouwvervoer of als koerier. Aukje is al aan het solliciteren voor ander werk. “Het liefst wat in een winkel, drie of vier dagen. Maar niet meer bij een bakker!”
Het koppel denkt wel dat het erg wennen zal worden als ze allebei ander werk hebben en elkaar overdag niet zien. “Maar dan hebben we ‘s avonds aan tafel ook weer een verhaal.”
Niet alleen de bakkerij in Tzum, maar ook hun bakkerswinkel in Witmarsum gaat dicht. Het is niet gelukt om je als filiaal voor een andere bakker te verkopen. “Het is wel jammer voor het dorp, maar ze begrijpen het wel. Er gaat weer iets weg.”
En zo verdwijnen langzaamaan de winkels uit Tzum. “Maar dat kan ik ook niet tegenhouden. De mensen zijn tegenwoordig mobiel en Franeker is heel dichtbij…”